Tekst: Marthe Van Campenhout
Hoe is het om vandaag als beroepsfotograaf te werken in een wereld waarin je maar je smartphone uit je achterzak moet halen om mooie plaatjes te schieten? We haalden onze huisfotograaf Jelle Van Seghbroeck even van achter de camera en hadden een boeiend gesprek over filters, passie en doorzettingsvermogen.
Dansen of fotografie
Zoals bij veel fotografen zat het er bij Jelle al van kindsbeen in. Op jonge leeftijd had hij al oog voor alles wat kunstzinnig is. “Het was dansen of fotografie,” vertelt Jelle. “Beide trokken me enorm aan. Na mijn humaniora trok ik een jaar naar de Verenigde Staten, en daar besliste ik uiteindelijk om voor fotografie te gaan.” Terug in België volgde Jelle de nodige studies en vervolgens lanceerde hij zichzelf als modefotograaf. “Dat heb ik zo’n tien à vijftien jaar gedaan. Op zich heel fijn, maar het is een harde wereld en binnen de modefotografie was er erg veel concurrentie. Ook had ik het gevoel dat ik er niet langer mezelf in kwijt kon.”
Spelen met licht
Daarom gooide Jelle het roer zo’n zes jaar geleden om, door zich hoofdzakelijk te richten op portretten en interieur- en architectuurfotografie, zowel in België als in het buitenland. Vooral interieurs zijn helemaal zijn ding. “Ik hou enorm van het werk van interieurarchitecten zoals Gerald Watelet, Gert Voorjans en Jean-Philippe Demeyer. Heel eclectische interieurs met veel kleur en contrasten, vaak op het randje van het extravagante, met veel vintage accenten. Achter elk interieur zit wel een verhaal,” legt Jelle uit. “De interieurs die ik zelf fotografeer, zijn meestal eerder strak en ingetogen. Daar kan je heel goed spelen met licht en lijnen, wat prachtige resultaten geeft. Ook bij architectuurfotografie is dat het geval.”
Iedereen fotograaf
Is fotografie erg veranderd door de komst van de smartphone en social media? “Zeer zeker,” aldus Jelle. “Tegenwoordig is iedereen fotograaf. Of bijna toch, want het is geen beschermd beroep meer. Nu, ik ben de eerste om toe te geven dat je niet noodzakelijk een technische opleiding nodig hebt om mooie foto’s te maken. Maar zelf ben ik wel nog altijd heel erg blij dat ik dat diploma en die technische bagage heb. Dat heb je echt nodig om het concept ‘licht’ te begrijpen in al zijn facetten, en ook om nadien de foto’s te bewerken zodat ze de perfecte scherpte en kleurintensiteit hebben. Zeker voor magazines of ander drukwerk is die hoge kwaliteit enorm belangrijk. Maar ook gewoon voor mezelf leg ik de lat graag hoog als het op kwaliteit aan komt.”
No filter
Hoe verleidelijk is het om als beroepsfotograaf met die populaire filters te werken waar iedereen zich vandaag van bediend? “Voor mij is dat zeker geen verleiding. Ik gebruik nooit een filter. Ik ben zelf de filter,” aldus Jelle. “Als je kan vertrekken van een goed basisbeeld, heb je geen extra opsmuk nodig om de foto voor zich te laten spreken. Een foto is sowieso al een filter op zichzelf, een vertekening van de waarheid. Amerikaans modefotograaf Nick Knight zegt dat heel mooi: ‘I think photography has been wrestling with a burden of telling the truth, which I don’t think it was ever particularly good at.’
Luisteren naar de klant
Klopt het dat er in verhouding meer fotografen zijn dan vroeger? “Ja, die indruk heb ik wel,” vertelt Jelle. “Omdat fotografie niet langer een beschermd beroep is, is de drempel veel lager om als fotograaf te starten. De concurrentie is daardoor toegenomen.” Over welke kwaliteiten moet je zeker beschikken om een goede fotograaf te zijn? “Naast de technische basis is het ook cruciaal dat je goed luistert naar je klant en je kan inleven in zijn of haar wensen. Ook flexibiliteit is heel belangrijk, zowel letterlijk als figuurlijk. Als fotograaf moet je je soms in de gekste bochten wringen om iets goed in beeld te kunnen brengen. Je moet ook kunnen werken met de omstandigheden van dat moment, en die kunnen snel veranderen.”
Leven van fotografie
Is het makkelijk om van fotografie je broodwinning te maken? “Makkelijk is het zeker niet,” geeft Jelle toe. “Zelf ben ik destijds gestart in bijberoep. Uiteindelijk heb ik toch beslist om mijn passie te volgen en heb ik er mijn hoofdberoep van gemaakt, met alle uitdagingen en risico’s die erbij horen. En daar heb ik nog geen seconde spijt van gehad. Vandaag kan ik er prima van leven, maar ik heb hard moeten werken om dit op te bouwen. Mijn advies aan toekomstige fotografen is dan ook: geef niet op, blijf volhouden. Investeer in een sterk online portfolio en leer hoe je jezelf moet verkopen. Durf zelf potentiële klanten zelf te benaderen. En smartphones of niet: er zal altijd behoefte zijn aan professionele en hoog kwalitatieve foto’s.”
